Zomer of winter, weer of geen weer – Annick Neirynck (56) uit Oostende zwemt het hele jaar door in zee. Niet om records te breken of zichzelf te bewijzen, maar omdat het haar tot rust brengt. Wat ooit begon als een uitdaging, groeide zo vijf jaar later uit tot een ankerpunt in haar leven. Intussen zit haar badpak steevast in haar tas, altijd klaar voor een duik. “Het is een deel van wie ik ben.”
Een gezonde verslaving
We ontmoeten elkaar bij valavond op het strand van Oostende. De zon glinstert op het water, terwijl de zee ruist en de wind langs onze huid snijdt. Geen bikiniweer, al denkt Annick daar duidelijk anders over. “Ik zwem het liefst als er niemand op het strand is: ’s morgens vroeg of bij zonsondergang. Dan voelt de zee heel even van mij alleen.” Of het nu waait, regent of vriest, Annick heeft altijd haar badpak en handdoek bij zich. Zelfs in de winter duikt ze minstens twee keer per week de koude zee in. “Dan stromen mijn gedachten weg en focus ik me alleen nog op mijn ademhaling. Soms voelt het bijna als een verslaving, maar dan wel de gezondste die er is. Het geeft me rust én energie.”
Van Zweden tot Oostende
Wat voor Annick intussen vanzelfsprekend werd, laat bij anderen toch nog vaak de wenkbrauwen fronsen. Zeker wanneer ze hartje winter de zee induikt. “Ik ben nochtans lang niet de enige die het hele jaar door zwemt. Het zijn net anderen die mij inspireren.” Zo was ze tijdens haar reis in Scandinavië onder de indruk dat het koudwaterzwemmen er zo diep verankerd zit in de cultuur. “In Zweden en Denemarken zie je gezinnen samen door de sneeuw het water in gaan. Geen mens die er vreemd van opkijkt. Het is er geen trend, maar een levensstijl.” Ook Annick raakt het nooit beu. “De zee is elke dag anders: de golven, de temperatuur, zelfs de geur. Want wanneer er ‘bloei’ in het water zit, ruikt de zee voller.”
Altijd kopje onder
Na het zwemmen trekt Annick de kleren aan die ze netjes klaarlegde, warmt ze zich op met een thermos thee en maakt ze soms nog een korte strandwandeling. “Telkens besef ik wat een voorrecht het is om op wandelafstand van de zee te wonen. En hoe weinig een mens nodig heeft om zich gelukkig te voelen.” Toch zijn er ook dagen waarop ze twijfelt. “Dan denk ik gewoon even te pootjebaden, maar uiteindelijk beland ik toch altijd weer kopje onder.” Ze hoopt alvast haar zwemritueel nog lang vol te houden. “Zolang mijn lichaam het toelaat, blijf ik dit doen. Die enkele minuten in zee kunnen mijn hele dag lichter maken.” We nemen afscheid met een laatste blik op de ondergaande zon. Na ons gesprek lijkt de zee ineens een stuk verleidelijker. Wie weet waag ik me binnenkort toch ook eens aan een frisse duik.