Ook al schuilt de zon achter de wolken, wielerjournaliste en presentatrice Ine Beyen (37) uit De Haan doet alles stralen. We delen niet alleen onze woonplaats, maar ook ons favoriete terras: Bar Roger, vlak achter het iconische tramhuisje. Voor haar werk koerst Ine het hele (buur)land door met haar auto, maar op terras houdt ze vast aan haar gewoontes: veel passage, gezouten nacho’s en nooit alleen. Nu de voorjaarsklassiekers achter de rug zijn, duikt ze opnieuw in haar presentatricewerk, de bouw van haar huis, quality time met haar dochters Odille en Marcelle en vooral: in de glazen rosé.
Het voorbijgangerspeloton
Ine zal je nooit onder een parasol vinden. “Ik volg de zon en de sfeer, nooit de menukaart. Het liefst zit ik dan ook op pleintjes of dijken, waar ik samen met vriendinnen kan kijken naar de voorbijgangers. Wat is hun relatie? Vanwaar komen ze? Wat doen ze?” Hetzij met haar laptop tussen twee afspraken door, zal je haar dus nooit alleen zien zitten. “Ik voel mij dan bekeken en heb graag gezelschap. Gisteren zat ik hier nog met ons eigen fietsclubje. We zaten langer op terras dan op de fiets”, lacht ze. Of ze hier nu in haar (zelf ontworpen) koerstenue zit, op hakken of in haar Havaianas: Ine valt altijd op. “Mensen vragen dikwijls om foto’s, zeker sinds De Tafel van Gert.” En haar eigen droomgast? “Audrey Hepburn. Zij ging ook tegen de stroom in. Toen anderen hun 100 dagen vierden, ging ik naar het WK wielrennen voor junioren.”
Col boven cabine
Ine is het gelukkigst onderweg, buiten en in de zon. “In mijn vorig leven was ik waarschijnlijk een zigeuner. Maar hoe later op de avond, hoe meer mijn stoel durft plakken. Dan belanden mijn dochters al eens te laat in hun bed, maar mooi weer wil ik gewoonweg niet verspillen.” Een terrasje ruilt ze soms in voor een strandcabine. “Zelf heb ik er geen, maar vriendinnen van mij wel, waarvan eentje vlak bij de surfclub staat. Weinig toeristen en drankjes binnen handbereik”, knipoogt ze. Toch zou haar eigen terras niet aan de zee liggen. “Het liefst van al boven op een berg, voor passerende backpackers. Niet bepaald winstgevend, maar wel zalig. Ik vind zelf niets heerlijker dan met de kabelbaan naar boven gaan en urenlang wandelen.”
Hapjes in etappes
In tegenstelling tot haar werkplek, blijft haar bestelling altijd hetzelfde: een glas rosé. “Cocktails vind ik te veel poespas. Een fruitig biertje kan mij wel nog smaken, maar thee? Misschien met tien lepels honing.” De terrastafel vult ze het liefst met tapas om te delen. “Om het halfuur bestellen we iets bij, van nacho’s naar calamares tot garnaalballetjes. Zo blijven we lekker lang zitten.” Lunchen doet ze dan weer in de rapte. “Meestal haal ik snel een broodje of slaatje van het tankstation en eet ik onderweg, in de auto. Van warm eten ’s middags krijg ik een dip.” Thuis kookt ze altijd vers, maar zonder plan. “Sinds mijn scheiding is het vaak kindjeseten, zoals spinaziepuree – snel én makkelijk. Maar hoe kan je vandaag weten waar je morgen in zin in hebt? Ik doe bijna elke dag boodschappen.”
Favoriete snack? Nacho’s.
Favoriete takeaway? De spaghetti van Bistro Coucou op de zeedijk. Ideaal voor op het strand.
Hoe drink je je koffie? Met melk en tijdens het werk soms zelfs met suiker. Ik vind het altijd fancy als iemand een zwarte koffie bestelt, maar zelf krijg ik het helaas niet binnen.
Team garnaal- of kaaskroket? Garnaal, zonder enige twijfel. Mijn kinderen ook. Goed opgevoed. (lacht)
Beste garnaalkroketten? Die van Brasserie Paname in De Haan.
Team mosselen of zeetong? Zeetong. Ik pik weleens een mosseltje mee, maar na drie stuks heb ik het gehad.
Hapje of drankje dat jouw naam mag dragen? Iets simpel, zonder al te veel ingrediënten. Less is more.