Zo zacht als zijde, maar ook een biotoop waar in de humuslaag tal van angels en persoonlijk geladen dynamiet verborgen liggen. Zie daar het universum van Portland, het muzikale vehikel van zanger-gitarist én songschrijver Jente Pironet. Sinds zijn deelname in VTM-programma ‘Liefde voor Muziek’ drukken niet enkel indiekids hem aan hun borst, maar ook bomma’s en de spreekwoordelijke Marina’s. “Ik ben opgegroeid in Aarschot, wat bij manier van spreken in de achtertuin van Werchter ligt”, schetst Pironet. “Nu we deze zomer op gelijknamige festival geprogrammeerd staan, zal ik zeker Dope Lemon, Rosalia en Sam Fender checken. Wellicht trek ik ook naar Rock Herk, dat dit jaar met een geweldige affiche uitpakt.” Hoe zou de (festival)zomer van Jente Pironet er voorts uitzien?
Sinds de zomer van 2007 weten we het al, dankzij Editors: ‘An End has a Start’. De release van ‘Departures’, het tweede album van Portland, viel zowat samen met het vertrek van Sarah Pepels, jarenlang de sidekick van Jente Pironet, het uitgangbeeld van het Vlaamse dreampopensemble. De plek van Pepels werd inmiddels ingenomen door interim-zangeres en synthspeelster Nina Kortekaas, die er met Noa Lee nog een eigen project op na houdt. De geschoolde muzikante wordt eerder deel van de vierkoppige band rond Jente dan van een duo. Op die manier is Portland opnieuw compleet. De groep speelde al in een uitverkochte Ancienne Belgique in Brussel en stoomt zich klaar voor de festivalzomer.
Portland trapt de inlandse festivalzomer af op zondag 2 juli op Rock Werchter en staat midden augustus ook op Pukkelpop. Daartussen staat voor jullie op Vlaams grondgebied nog één ander festival op de agenda, met name het Cactusfestival in Brugge. Waarom kozen jullie precies voor dat kleinschalige festival?
“Voor mij is spelen op die locatie een droom die uitkomt, zeker omwille van het wondermooie Minnewaterpark waar het zich voltrekt. Ik ben bijzonder opgezet dat we eindelijk op het Cactusfestival mogen spelen. Ik herinner me nog dat ik er in juli 2015 als bezoeker een optreden van Balthazar meegemaakt heb. Zelfs buiten het Cactusfestival om heb ik het Minnewaterpark al enkele keren bezocht, ook omdat ik van Brugge, zijn bars en de heersende mentaliteit hou. I just love it.”
In de zomermaanden zoeken maar weinig artiesten en bands de binnenpodia op. Wat verkies jij, zaalshows of festivals?
“Ze hebben allebei hun charme. Bij zaalshows kun je als artiest meer obscure nummers van je eigen songcatalogus spelen. Op festivals dien je het anders aan te pakken. Daar komt het erop aan om met goed in het gehoor liggende en bij het brede publiek bekende nummers te brengen, in de hoop dat je het festivalpubliek zo snel mogelijk op je hand krijgt. Bij een clubshow krijg je als band meer tijd om een verhaal te vertellen, bij festivals dien je vooral in te zetten op de ambiancefactor. Persoonlijk genieten zaalconcerten mijn voorkeur, maar optredens op festival doe ik graag. Verandering van spijs doet nu eenmaal eten.”
Ook op ‘Departures’ baadt jullie dreampop, bij dit hete weer, in een waskuip vol melancholie. ‘Never Leave’ meandert tussen bindings- en verlatingsangst, in ‘Good Girls’ krijgen the uptown girls een standje en in ‘Stardust’ komt de relatieknop op pauze te staan. Geen lyriek om op een wandtegel ergens in huis te plaatsen. Schuilt er meer een herfst- en wintermens in jou, dan een man van de lente en de zomer?
“De nagel op de kop. In de zomer, die te onzent ook maar een paar maanden aanhoudt, word ik vaak bevangen door een FOMO-gevoel: fear of missing out. Als dit eenmaal is gaan liggen en de eerste herfstige wolken verschijnen, brengt dit op één of andere manier rust bij mij. Ik ben absoluut een man van de winter, gekenmerkt door lange en donkere nachten. Wellicht daarom ben ik van nature een melancholisch en weemoedig persoon.”
Als je jullie debuut ‘Your Colours Will Stain’ naast ‘Departures’ legt, wat is dan de artistieke winst op jullie tweede album?
“Een grotere volwassenheid, zowel muzikaal als tekstueel. We hebben minder druk aan de dag gelegd om zo manifest mogelijk te willen presteren. In de aanloop naar de opnamesessies van ‘Departures’ ben ik meer dan een maand in Londen gaan wonen. Daar leerde ik niet enkel nieuwe mensen kennen, maar deed ik ook nieuwe muzikale ervaringen op. De neerslag hiervan valt te horen op ‘Departures’, dat een meer conforme productie en mixing meekreeg. Toch weiger ik om onze twee platen tegenover elkaar te plaatsen, precies omdat ze naast elkaar een eigen leven lijden.”
Jullie deelname aan ‘Liefde voor Muziek’ is niet onopgemerkt voorbijgegaan. ‘She Really (Really) Means It’, jullie cover van ‘Ze meent het’ van Metejoor, was onmiskenbaar één van dé hoogtepunten van dit seizoen. Als alternatieve dreampopband speelden jullie op niet vertrouwd terrein. Wat heeft dit opgeleverd?
“Vooral het inzicht dat het hokjesdenken tussen de verschillende muziekgenres helemaal achterhaald is. Ik heb mijn vooroordelen ingeslikt toen ik hoorde hoe hard die meisjes van K3 aan de weg timmeren. De gemoedelijkheid van de tv-opnames kreeg inmiddels een vervolg. We hebben elkaar nog vaak gezien, zowel privé als professioneel. Recent zat ik nog met Daan te quizzen bij Studio Brussel en Metejoor nodigde me uit om tijdens zijn optreden in de Ancienne Belgique in Brussel ‘She Really (Really) Means It’ live te komen spelen. In die optiek was ‘Liefde voor Muziek’ een ware eyeopener.”