Een Bekende Zeeparel heeft voeling met de kust, met wie ze zijn en wat ze willen. Tijd om deze verankerde locals dus beter te leren kennen. Voor onze kunst- en nazomereditie overspoelen we surf- en schrijfster Veerle Helsen (44) met enkele diepe en minder diepe vragen. Op haar slippers waait ze Et Alors binnen, een je m’en fous-bar op de dijk van Oostende, haar thuishaven. Ze is een freelance reisjournaliste van de bovenste plank, (ook) stapelgek op magazines en vooral: recht door zee.
Dit was ik hiervoor aan het doen: Tijd aan het doorbrengen met mijn petekindje. Hij is 12 jaar en zot van de zee. We gaan dan samen uit surfen, of hij doet toch een poging tot. (lacht)
Hier werk ik momenteel aan: Een artikel over urban surf voor Sabato, een magazine over The Memlinc in Knokke en mijn vierde boek. Deze keer over the surfer’s high, welke impact de zee op hen kan hebben. Na een turbulente periode in mijn leven ben ik zelf drie maanden dag in dag uit gaan surfen, en dat heeft mij geheeld. Het zijn zulke verhalen die ik zal zoeken bij mede-surfers, over gans de wereld.
Leukste aan mijn job: Dat ik mijn eigen ding mag doen en nieuwsgierig mag zijn. Ik hou ervan om op pad te gaan, mensen te ontmoeten en hun verhalen te ontdekken. En nog liever dan schrijven, steek ik alles in elkaar. Ik weet heel goed hoe mijn boek of een magazinespecial er moet uitzien.
Favoriete boek: Ik ben verslaafd aan lezen, maar vooral in weekendkranten. Vroeger kocht ik ze allemaal, maar vandaag kost dat een fortuin. Nu koop ik nog eentje en lees ik de rest in bars of restaurants. Bijvoorbeeld in de L’Apéro, hier verder op de dijk, waar er zelfs internationale kranten liggen. Magazines daarentegen, die blijf ik verzamelen. In alle geuren, kleuren en formaten. Mijn huis ligt er vol van.
Favoriete woord: ‘Heimzee’. Iets waar Belgische surfers veel last van hebben.
Favoriete kunstenaar: Raül Casado, Pandora Decoster, Jim Drouet, Jean Jullien, Fabian Lavater, Quentin Monge, Johny Vieira, Ty Williams,… zowat de helft uit mijn boek ‘surf & art’. Ik vind het vooral leuk als ze iets doen dat je nog niet eerder gezien hebt.
Dit drijft mij: Surfen. Mocht ik geen geld nodig hebben, dan surf ik ’s morgens vroeg tot ’s avonds laat. Ik check ook elke dag het weerbericht, de webcam en de golven. In mijn auto ligt bovendien standaard een surfplank en een wetsuit. Goeie golven zijn hier zeldzaam en die mag je niet aan je voorbij laten gaan.
Alternatieve carrière: Grafische vormgeving, omdat ik daar toch wel oog voor heb, of het uitbaten van een koffiebarretje aan een goeie surfspot.
Ik woon in Oostende, omdat: Het de badstad is waar ik de meeste mensen ken, waaronder mijn papa. Toen ik er een special over maakte voor Sabato, vielen alle puzzelstukjes in elkaar. Ik was blij dat ik de afstand Gent-Oostende niet meer moest doen, maar één keer raden waar mijn nieuwe partner woont… (lacht)
Favoriete terras aan zee: Die van Et Alors en De Kaap, maar ik droom van een strandcabine, recht tegenover mijn appartement.
Ik ga naar het strand en neem mee: Mijn koptelefoon. Ik heb altijd muziek in mijn oren.
Favoriete muziek: Ik ben een mainstream Rock Werchter-girl.
Hoorntje of potje: Hoorntje. En liefst de vers gedraaide van Amy Mary in Oostende.
Beste zonnecrème: De Sunblock van de Decathlon. Laat niets door en geen sporen na.
Beste surfspot: San Vicente de la Barquera, mijn tweede thuis. Een dorpje in Noord-Spanje, waar ik minstens één keer per jaar naartoe ga. Glooiende heuvels, down to earth-mensen en (bijna) elke dag goeie surfcondities
Beginnerstip: Leer de zee lezen. Bekijk filmpjes en lees boeken, zoals ‘Golven jagen’ van de Belg Samuël Fouret. Kijk eerst waar je het best zou liggen en volg niet de kudde. Ikzelf surf ook nooit aan een surfclub. Ik wil op mijn gemak in de zee liggen en niet moeten ‘vechten’ om een golf.
Zonsondergang of zonsopgang: Zonsondergang; mijn gsm staat er vol van. Ik ben geen ochtendmens en haatte het om tegen 10 uur in Brussel te staan. Nu als freelancer kan ik rustig uit mijn bed rollen en schiet ik pas echt in actie tegen de middag. Ook niets zaliger dan als laatste nog in de zee te zijn en in de donker die laatste golf te nemen.
Ik blijf fit door: Te surfen, maar daarbuiten sport ik eigenlijk te weinig. Ik ben nu wel aan het leren rollerskaten en doe dat het liefst op de dijk.
Dit zit altijd in mijn koelkast: Witte martini. Dat schijnt terug in te zijn?
Favoriet geluid: Een mix van tsjirpende vogeltjes en de zee die komt en gaat. Helaas zijn er hier vooral meeuwen. (lacht)
Favoriete outfit: Heb ik niet. Ik koop bijna nooit kleren en dat is hoe ik mijn surfen en reizen kan betalen. Zelfs mijn wetsuit is effen zwart, maar mijn board mag dan wel wat meer zijn. Zo kochten een vriendin en ik onlangs hetzelfde model, die we tot onze ‘Pink Pony’ gedoopt hebben. Mijn boeken en magazines hebben nochtans veel stijl, maar ikzelf dus niet. En dat vind ik zo leuk aan Oostende: nobody cares.
Beste aankoop: Mijn mini-penthouse met zeezicht, iets voorbij Thermae Palace. Ik kocht het vorige maand, ook al was dat eigenlijk niet de bedoeling. (lacht) Maar ik opende de deur en voelde meteen: hier staat mijn naam op geschreven. Ik ga dus binnenkort wakker worden met zeezicht en moet mezelf soms in de arm knijpen om dat te geloven.
Grootste angst: Of ik nog relevant zal blijven en mij kan blijven heruitvinden. Of ik nog mee kan en niet voorbij zal gestoken worden door de jeugd. Op naar de 50 jaar, is dat een knop die ik heel moeilijk kan uitschakelen.
Slechtste gewoonte: Te veel werk aannemen, waardoor ik verdrink in de deadlines. Als freelancer heb ik een continue angst om niet rond te komen, hoewel het werk altijd komt aangevlogen.
Guilty pleasure: Dozen DéliChocs eten wanneer ik stress heb en het organiseren van foute muziek-quizzen.
Hiervan krijg ik een krop in de keel: Dat mijn vroegere schoonfamilie mij nog steeds uitnodigt. Ik heb zelf geen goeie band met mijn moeder, en zie mijn schoonmama als mijn mama. Eigenlijk alles wat te maken heeft met familie en vrienden maakt mij week.
Dit brengt mij aan het lachen: Veel. Ik ben vaak vrolijk. Mijn lach durft ook wel eens zeer aanwezig te zijn.
Zonder dit kan ik niet: Je zou denken mijn surfplank, maar ik verkies toch mijn vrienden en familie. Ik draag goed zorg voor hen, en zij voor mij.
Dit had ik al langer moeten doen: Niets. Alles is zoals het zou moeten zijn. Ik heb gaandeweg inzichten gekregen en zie mezelf geleidelijk aan de balans vinden, tussen werken en leven.